De ene keer werd 110% en de andere keer 115% van de minimum inkomensgrens gehanteerd. De ChristenUnie heeft toen al aangegeven dat daardoor bepaalde groepen de ene keer wel en de andere keer voor onderdelen niet in aanmerking komen. Dat levert naast verwarring naar ons idee ook ongewenste situaties op.

De ChristenUnie heeft toen aangedrongen op het goed volgen van de uitwerking van dit beleid in de praktijk. De toezegging was destijds ook dat er na verloop van tijd een evaluatie zou worden gehouden.

In de praktijk blijkt dat de door ons voorspelde problemen ook echt reëel zijn. Daarom zijn we blij dat de grens is opgeschroefd van 110% naar 115%. We hebben daarmee de toegankelijkheid van deze toeslag verbetert. Positief is ook dat het college proactief heeft gereageerd en niet heeft gewacht tot de evaluatie later. De signalen zijn goed opgepakt.

De communicatie naar de mensen die recht hebben op de langdurigheidstoeslag is naar het idee van de ChristenUnie goed geregeld. Iedereen krijgt persoonlijk een bericht en er zal informatie worden gegeven in de editie van ’t Bokkeblad.